Overslaan en naar de inhoud gaan

Laatst bijgewerkt:  december 2018

 

Zwaardvissen zijn grote, in de waterkolom levende vissen (pelagische levenswijze) die over grote afstanden trekken. Ze vallen op door hun extreem lange bovenkaak die ze gebruiken om grote prooien te verwonden. Op volwassen leeftijd kunnen ze meer dan 4 meter lang zijn en enkele honderden kilo’s wegen. Zwaardvissen komen wijdverspreid voor in de tropische, gematigde en soms zelfs in de koude wateren van de wereldoceanen. Ze zijn echter het meest te vinden in water met temperaturen tussen de 18 en 22°C. Ze zoeken hun prooien, voornamelijk inktvissen, tot op 700 m diepte waar de watertemperatuur slechts 7°C bedraagt. De leeftijd van zwaardvis is moeilijk te bepalen, maar het lijkt erop dat meer dan 50 % van de vrouwtjes geslachtsrijp wordt op de leeftijd van 5 jaar, als hun lengte (zonder bovenkaak)(1) ongeveer 1,80 m bedraagt.

 

(1) De lengte van zwaardvissen wordt uitgedrukt als de lengte tussen de onderkaak en de staartvin, dus zonder de lange snuit mee in rekening te nemen.

 

Variabele toestand van de zwaardvisbestanden

Atlantische stocks

Het zwaardvisbestand in de Atlantische Oceaan wordt opgevolgd door de ICCAT (Internationale Commissie voor de Instandhouding van de Atlantische Tonijn). Deze organisatie legt de Totale Toegestane Vangst (TAC) en nationale quota vast, alsook een minimum instandhoudingsreferentiegrootte(1) van 1,25 m (met een tolerantie van 15%) of 1,19 m (met een 0-tolerantie). Merk op dat de dieren pas geslachtsrijp worden vanaf 1,80 m(1).


• De biomassa van de Noord-Atlantische stock zit in stijgende lijn sinds 1997. Deze stock wordt niet meer als overbevist beschouwd, dankzij het beschermingsplan en maatregelen genomen door de ICCAT. In 2016 werd effectief 11 296 ton gevangen. In 2018 ligt de TAC op 13 200 ton.
• Het bestand in de Zuid-Atlantische Oceaan wordt lichtjes overbevist en de biomassa zit onder het duurzaamheidsniveau. In 2016 bedroeg de totale vangst uit deze stock 10 002 ton. Terwijl wetenschappers aanraden om de TAC niet hoger dan 13 000 ton te leggen, werd de TAC door ICCAT toch op 14 000 ton gelegd voor de periode 2018-2021.

• In de Middellandse Zee is de visserijinspanning bijna twee keer te hoog om een Maximale Duurzame Opbrengst (MSY) te kunnen verkrijgen. Hier maken onvolwassen exemplaren – vissen van minder dan drie jaar oud – 20 tot 35% van het gewicht van de vangsten uit. In de Middellandse Zee dalen de vangsten van zwaardvis gestaag sinds het einde van de jaren 80 (van 20 300 ton naar 9 100 ton in 20 jaar tijd). Sinds 2009 legt de ICCAT een visserijstop op voor drie maanden per jaar. Sinds de evaluatie van 2014-2015 raden wetenschappers aan om de visserijsterfte 20% lager te leggen door op een selectieve vistechniek over te schakelen: de mesopelagische beug vist immers op een grotere diepte dan de oppervlakte-beug, en vangt enkel de grotere individuen. In 2016 werd een herstelplan in werking gesteld en werden de eerste quota ingevoerd om het herstel van de mediterrane bestanden mogelijk te maken (geschat binnen 15 jaar).

 

Andere stocks
• Het bestand in de Indische Oceaan vertoont geen tekenen van overbevissing. De sterfte veroorzaakt door de visserij ligt er momenteel lager dan het niveau vereist voor een Maximale Duurzame Opbrengt (MSY). Zwaardvis wordt er vooral bevist met de beug (85%), voornamelijk door Taiwan, China, Sri Lanka, Indonesië en Spanje. Plaatselijk echter in het zuidwesten van de Indische Oceaan is de paaibiomassa te laag voor een MSY, maar is de visserijdruk er aan de andere kant ook sterk gelimiteerd. Zwaardvis die in La Réunion wordt gevangen, worden geëxporteerd naar Europa.


• De stock in de zuidoostelijke Stille Oceaan vertoont een verhoogde paaibiomassa en er wordt gevist op niveau dat MSY waarborgt.
• Het zwaardvisbestand in de zuidwestelijke Stille Oceaan wordt bevist op MSY-niveau.
• Het bestand in de noordoostelijke Stille Oceaan wordt niet overbevist.

 

De visserij van zwaardvis met de beug heeft in bepaalde zones en bepaalde periodes te kampen met hoge ongewenste bijvangsten (haaien, zeezoogdieren, zeeschildpadden, zeevogels …).

 

In 2015 bedroeg de wereldwijde productie van zwaardvis 126 281 ton, waarvan 32 570 ton uit de Atlantische Oceaan afkomstig was, 40 755 ton uit de Indische Oceaan en 52 955 ton uit de Stille Oceaan. De belangrijkste visserijlanden zijn Spanje (26 260 ton), Taiwan (15 067 ton) en Japan (11 900 ton).

 

 

In de Atlantische Oceaan leken de vangsten van zwaardvis stabiel te zijn over een twintigtal jaar (ong. 40 000 ton), maar sinds 2008 zijn ze aan het dalen. De exploitatie in de Stille Oceaan blijft echter stijgen. De visserij op zwaardvis in de Indische Oceaan wordt sinds 2005 gekarakteriseerd door dalende vangsten ten gevolge van piraterij in de oostelijke zone.

 

 

Vers of gerookt

Zwaardvis wordt verhandeld als verse of diepgevroren moten (met of zonder vel). In Frankrijk komt hij ook koud gerookt in dunne sneden op de markt.

Op de Belgische markt werd 1 300 ton zwaardvis ingevoerd in 2016, voornamelijk afkomstig uit Senegal, Frankrijk, Nederland, Chili en Vietnam. Frankrijk importeerde in 2016 2 334 ton zwaardvis, met Spanje, Chili en Vietnam als belangrijkste toeleveranciers. 

TE ONTHOUDEN

  • De belangrijkste bronnen van bevoorrading voor zwaardvis op de Europese markt zijn de Atlantische Oceaan, de Indische Oceaan en de Middellandse Zee.
  • De vangst van zwaardvis met de beug gaat gepaard met een bijvangst van haaien, zeeschildpadden, zeevogels en soms ook zeezoogdieren.
  • Vermijd zwaardvis uit de Middellandse Zee, die erg overbevist is. Verkies zwaardvis uit bestanden die niet overbevist worden.
  • Koop geen onvolwassen zwaardvis of stukken (rugstukken, filets) van onvolwassen dieren. Geef de voorkeur aan vis van hengel- of harpoenvisserij (geen kwetsbare bijvangst). Spreek erover met uw leverancier.
  • Vier visserijen van zwaardvis in de Atlantische en Stille Oceaan beschikken over een MSC-attest.

WEETJES

ILLEGALE VISSERIJ OP ZWAARDVIS


De Internationale Commissie voor de Instandhouding van de Atlantische Tonijn (ICCAT), waarin ook de Europese Unie actief is, nam in 1995 een actieplan aan om het beschermingsprogramma voor zwaardvis in de Atlantische Oceaan doeltreffender te maken.

 

Zo werden in 1998 Belize en Honduras, en in 2002 Sierra Leone, aangeduid als landen waarvan “(…) de vissersvaartuigen zwaardvis opvissen in de Atlantische Oceaan op een manier die afbreuk doet aan de doeltreffendheid van de maatregelen die door de ICCAT genomen worden ter bescherming van de soort”.

 

De invoer van zwaardvis afkomstig uit Belize en Honduras naar de Europese Unie werd in 2000 dan ook verboden. Sinds 2004 werd ook de invoer van zwaardvis uit Sierra Leone verboden. Ondertussen zijn de maatregelen tegen Belize en Honduras opgeheven, maar het invoerverbod uit Sierra Leone blijft van kracht.

 

Ook de EU-regelgeving rond voedselcontaminatie beperkt de invoer van zwaardvis uit bepaalde landen, namelijk uit de Seychellen (sinds 2003) vanwege te hoge concentraties aan zware metalen. In 2005 heeft de EU het aanvaardbare niveau van cadmium in het zwaardvisvlees herzien van 0.05 deeltjes per miljoen (ppm) naar maximaal 0,3 ppm. Maar vooralsnog blijft het invoerverbod van zwaardvis uit de Seychellen
op de Europese markt van kracht.