Overslaan en naar de inhoud gaan

Consumptie van vis en zeevruchten

Laatst bijgewerkt: Juli 2025

WERELD

Groeiende wereldwijde consumptie

Sinds 1960 is de mondiale consumptie van aquatische producten (visserij en aquacultuur) sneller toegenomen dan de wereldbevolking. In de afgelopen vijftig jaar is dit verdubbeld, van 9,9 kg per persoon per jaar in 1961 naar 20,6 kg per persoon per jaar in 2021. Hierbij zijn Azië en Oceanië de voornaamste afnemers van vis, schaal- en schelpdieren. Binnen bepaalde landen zorgen culturele, economische en geografische invloeden voor opmerkelijke regionale verschillen. Dit komt tot uiting in de jaarlijkse consumptie per persoon, die varieert van minder dan 1 kg tot meer dan 80 kg. 

Een belangrijke bron van eiwitten in de wereld

Voor 3,2 miljard mensen vormen aquatische producten 20% van hun Inname van dierlijke eiwitten. Zeevruchten leverden in 2021 15% van de dierlijke eiwitten en 6% van de totale eiwitinname wereldwijd.

➜ DE GROOTSTE GEBRUIKERS VAN AQUATISCHE PRODUCTEN TER WERELD
IJsland: 87,71 kg/capita/jaar.
Malediven: 80,43 kg/capita/jaar.
Kirribati: 74,32 kg/capita/jaar.

 

➜ In 2022 werd 185 miljoen ton visproducten geproduceerd: 91 miljoen ton uit visserij en 94 miljoen ton uit aquacultuur. China alleen is goed voor 39% van de wereldwijde productie van zeevruchten, 14% van de wereldwijde visserij en 39% van de wereldwijde aquacultuur.

EUROPA

Europa, een belangrijke vismarkt

Europa is de grootste afnemer van aquatische producten ter wereld (in waarde). In 2022 zijn de uitgaven van huishoudens aan visserijen aquacultuurproducten in de EU-lidstaten met 11% gestegen ten opzichte van 2021 (voornamelijk door inflatie), met een gemiddelde van €140/persoon/jaar. Er is een grote ongelijkheid in de consumptie van zeevruchten binnen Europa: de landen in het noorden en zuiden zijn de grootste consumenten. Sociale veranderingen in de afgelopen decennia hebben de eetgewoonten veranderd: Europeanen consumeren minder onbewerkte en hele producten en meer bereide en kant-en-klare producten (zoals gerookte zalm, rillettes, terrine, surimi, enz.).
De meest geconsumeerde soorten in Europa zijn tonijn (alle soorten samen), zalm, kabeljauw, Alaska-heilbot, garnalen en mosselen.

De meest verhandelde grondstof ter wereld

De Europese productie bedraagt circa 4,05 miljoen ton (visserij en aquacultuur). Echter, de vraag overstijgt het aanbod, waardoor import een cruciale rol speelt in de handel. Europeanen nemen hierin de leiding, ze behoren namelijk tot ‘s werelds voornaamste importeurs van zeevruchten en aquatische producten. De Europese Unie importeert zee- en aquacultuurproducten uit 150 verschillende landen. In 2021 werd 8,87 miljoen ton geïmporteerd. De belangrijkste landen die naar de Europese Unie exporteren (in waarde) zijn Noorwegen, Marokko, VK, Equator en China. Daarnaast exporteert de EU ongeveer 2,32 miljoen ton, goed voor 8,1 miljard euro. De landen met de hoogste volumes als eindbestemming zijn het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Noorwegen, Zwitserland en China.
 


De belangrijkste soorten die door de EU (in waarde) worden geëxporteerd, zijn zalmachtigen, kleine pelagische soorten (haring, makreel, enz.), non-foodproducten (vismeel en -olie, enz.) en bodemvissen (kabeljauw, blauwe wijting...). 

De belangrijkste geïmporteerde soorten (naar waarde) zijn zalmachtigen, schaaldieren (garnalen...), bodemvissen (kabeljauw, Alaska koolvis...), tonijn (gestreepte en geelvintonijn...). Handel binnen de EU is ook erg belangrijk en vertegenwoordigde 6 miljoen ton in 2022 (27,4 miljard euro). Zalmachtigen, schaaldieren, weekdieren en bodemvissen zijn de meest verhandelde soorten binnen de Europese Unie.

Transformatie

Een deel van wat we in Europa produceren gaat naar China om daar verwerkt te worden (fileren, invriezen, vacuüm verpakken, enz.) en om vervolgens weer geïmporteerd te worden naar Europa. Dit bespaart op arbeidskosten, maar brengt aanzienlijke milieukosten en sociale problemen teweeg.

 

➜ Door de uitputting van de bestanden in het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan komt het grootste deel van de door de EU gevangen kabeljauw uit Noorse wateren (Noorse Zee, Barentszzee). Na de vangst wordt de kabeljauw ingevroren en naar China gestuurd, waar hij bijna 8.000 km aflegt. Daar wordt de vis ontdooid, gefileerd en opnieuw ingevroren (dubbel bevriezen). Vervolgens reist hij weer 8.000 km naar de Europese supermarkten, om uiteindelijk op ons bord te belanden.
➜ De vis kan ook worden geïnjecteerd met water om een zwaarder gewicht te verkrijgen (en dus meer omzet), en/of fosfaat om water vast te houden. Deze praktijk is toegestaan in Frankrijk, maar moet wel op de etiketten worden vermeld.

FRANKRIJK

Frankrijk, een zeer gediversifieerde markt

Frankrijk heeft een zeer gediversifieerde markt. Het land neemt de derde positie in Europa in wat betreft de consumptie van vis per capita. In 2023 werd er 1.223.000 ton aan aquatische producten (visserij en aquacultuur) geïmporteerd. Frankrijk wordt ook gekenmerkt door een grote diversiteit in de op de markt gebrachte producten en in consumptiegewoonten. Er zijn enkele tientallen soorten te vinden in de handel, sommige zeer kenmerkend voor bepaalde gebieden. Door de ontwikkeling van de handel zijn de afgelopen decennia nieuwe soorten op de Franse markt gekomen: zalm uit Noorwegen, die van luxeproduct is uitgegroeid tot een alledaags product, garnalen uit Zuid-Amerika …
De Fransen consumeren gemiddeld 33,7 kg zeevruchten per inwoner en per jaar (8.734.000 miljoen euro). Tussen 2018 en 2022 is de hoeveelheid gekochte aquatische producten (in volume) met bijna 10% gedaald. De consumptie is als volgt verdeeld (in waarde):
- 38% verse producten
- 32% gekoelde cateringproducten
- 15% diepvriesproducten
- 15% ingeblikt

Voor versproducten zijn de belangrijkste ingekochte soorten in 2023 (in volume):
- Mosselen (32.228 ton)
- Zalm (26.875 ton)
- Oesters (17.356 ton)
- Kabeljauw (12.456 ton)
- Koolvis (9.427 ton)
- Sint-jakobsschelpen (6.924 ton)

Voor gekoelde horecaproducten zijn de belangrijkste producten in 2023 (in volume):
- Surimisticks (23.805 ton)
- Gekookte garnalen/ gamba’s (55.241 ton)
- Gerookte zalm (15.055 ton)

In vergelijking met andere voedingsmiddelen worden aquatische producten door de Fransen niet als basisbehoeften beschouwd. Op Europese schaal vertegenwoordigen ze minder dan 1% van het huishoudbudget. Frankrijk importeert 1.223.000 ton (nettogewicht) aquatische producten, voornamelijk zalm, tropische garnalen, tonijn, kabeljauw. Frankrijk exporteert bijna 346.000 ton aquatische producten, voornamelijk zalm, oesters, Sint-Jacobsschelp en tropische garnalen. Voor tonijn, zalm en garnalen vind een deel van de verwerking plaats in Frankrijk voordat ze geëxporteerd worden.

 

➜ Er bestaat een duidelijk verschil tussen wat Franse consumenten zoeken en wat ze kopen. Consumenten verlangen naar wilde, magere, reeds gesneden en ontbeende verse vis, terwijl zalm, een gekweekte en vettere vissoort, het meest gekochte product is.

Regionale diversiteiten

De Fransen hebben niet allemaal dezelfde eetgewoonten, dit is afhankelijk de woonplaats. Specifieke vissoorten worden geassocieerd met bepaalde regio’s, zoals haring in het noorden, ombervis in Charente en gezouten kabeljauw in Baskenland. Over het algemeen zijn de kustgebieden, vooral Bretagne, de voornaamste consumenten van visproducten. Le Grand Ouest (van Pays de la Loire tot Normandië) vertegenwoordigt een kwart van de nationale consumptie van visproducten. Le Grand Est is de regio waar de minste vis wordt geconsumeerd. Deze verschillen worden verklaard door verschillende keukens en culturen, die in de kustgebieden van nature naar de zee zijn gericht.

Seizoenale verschillen

Het ritme van de vangsten beïnvloedt de aankopen van supermarktketens, restaurants, visverkopers en dus consumenten. De gevangen soorten variëren van seizoen tot seizoen, afhankelijk van de voortplantingsperioden en/of de seizoenale migratie van de soort. In de lente worden bijvoorbeeld schelpdieren, zomertonijn of winterjakobsschelpen aangevoerd. Tijdens de eindejaarsfeesten staan zeevruchtenproducten in de schijnwerpers en is hun consumptie zeer hoog: gerookte zalm, kreeft, oesters, wulken, kreeften, sint-jakobsschelpen....

Generatie verschillen

De consumptie van zeevruchten verschilt ook afhankelijk van leeftijdsgroepen: senioren consumeren meer vis dan jongeren. Senioren kopen meer verse, hele en traditionele producten (kabeljauwsteak, haring, zeebaars, enz.), en jongeren meer verwerkte en cateringproducten (surimi, rillettes, enz.).

Distributiekanalen

Supermarkten zijn een belangrijke en essentiële speler in de sector geworden, dankzij de ontwikkeling van specifieke visafdelingen. Daarna volgen de diepvriescentra voor diepvriesproducten, de markten voor verse producten en winkels voor conserven en cateringproducten.

 

HORECA

Binnen de collectieve catering (bedrijven of in zelfbeheer) domineren diepvriesproducten, terwijl verse producten vooral aangekocht worden door zelfstandige commerciële restaurants. Commerciële restaurantketens bieden zowel verse als diepgevroren producten aan. Restauranteigenaren maken beperkt gebruik van ingeblikt voedsel.

NIEUWE CONSUMENTENTRENDS

Veranderingen in onze eetgewoonten komen voort uit veranderingen in onze levensstijl gedurende meerdere decennia. Bereide en cateringproducten zijn steeds belangrijker geworden in de consumptie (surimi, gedroogde vis, gerookte zalm, enz.), ten koste van verse en hele vissen. Deze producten zijn makkelijk te consumeren en op te slaan, en worden doorgaans genoten tijdens sociale gelegenheden. In tien jaar tijd ontwikkelde zich vanuit centrumsteden, een trend van restaurants die sushi en sashimi serveren. Dit verspreidde zich naar de buitenwijken en middelgrote steden. Deze evolutie vindt haar oorsprong in een grotere receptiviteit ten opzichte van de Japanse cultuur, evenals in de opkomst van gerenommeerde thuisbezorgdiensten. Frankrijk heeft meer dan duizend sushi-achtige Japanse restaurants in Île-de-France en meer dan 1.500 voor heel Frankrijk met een hoge concentratie in de regio Parijs en aan de Côte d’Azur. Om de bevoorrading te vergemakkelijken, serveren de meeste etablissementen alleen gekweekte soorten (zalm, garnalen, zeebaars, goudbrasem) en ontdooide producten, in de eerste plaats geelvintonijn. De populariteit van sushi zorgt dus voor extra vraag, en dus voor extra druk op tonijnbestanden, met name geelvintonijn.

 

BELGIË

België produceert ongeveer 18.000 ton visserij- en aquacultuurproducten per jaar, wat verre van voldoende is om aan de vraag te voldoen. In 2021 werden in België 210.597 ton aan visproducten geïmporteerd, terwijl de Belgische export gelijk stond aan 80.787 ton. Dit betekent dat maar liefst 85% van de aquatische producten die in België geconsumeerd werden, afkomstig was van import. Van deze geïmporteerde producten was de helft van Europese herkomst. Een aanzienlijk deel van deze ingevoerde goederen ondergaat verwerking alvorens opnieuw te worden uitgevoerd. 

Gemiddeld consumeren Belgen ongeveer 23 kg aan aquatische producten per individu per jaar, wat neerkomt op een gemiddelde uitgave van €145 per persoon per jaar. Deze middelen vormen ongeveer 14% van onze totale inname aan dierlijke eiwitten. Hoewel de huishoudelijke consumptie sinds 2014 met 13% in gewicht is afgenomen, is er slechts een geringe daling van 3% in de uitgaven waar te nemen. In 2022 kocht een Belg 8,4 kg vis, schelpdieren en schaal- en schelpdieren (vers, diepvries en verwerkt, inclusief vis- en schaaldiersalades en visconserven) ter waarde van 121 euro. Meer dan de helft van deze hoeveelheid werd gekocht als verse producten. De Brusselaar is de grootste visconsument en koopt 0,5 kg meer vis, schelpdieren en schaaldieren dan de Vlaming en 0,6 kg meer dan de Waal. De Waal consumeert relatief meer visconserven dan de Vlaming, die de voorkeur geeft aan verse vis. De gemiddelde Belg kocht in 2022 1,38kg verse vis. De belangrijkste geconsumeerde soorten zijn zalm (30%) en kabeljauw (21%). Belgen zijn ook liefhebbers van tong, schol, schelvis, pangasius, haring, rog, forel, tonijn... Belgen kochten in 2022 gemiddeld 1,9 kg verse week- en schaaldieren, waarbij mosselen (69,5%) en garnalen (11,5%) het meest geconsumeerd werden. 95% van de Belgische gezinnen kocht in 2021 regelmatig visproducten, gemiddeld 20 keer per jaar. Belgen consumeren 40,6% verse zeevruchten, 18% visbereidingen, 9,1% ingeblikte vis, 13% diepvrieszeevruchten, 9,2% vissalades en 0,7% gerookte vis. Sinds 2014 is er een stijgende trend zichtbaar in het consumeren van visproducten buitenshuis. Desondanks vindt nog steeds 66% van de totale consumptie, inclusief zoetwatersoorten, plaats thuis.