Overslaan en naar de inhoud gaan

Laatst bijgewerkt: december 2018

 

Kongeraal of zeepaling heeft een langgerekt lichaam, is lichtgrijs van kleur en zijn lichaamsvorm doet denken aan een dikke zeeslang. Ze gaan ‘s nachts op jacht en schuilen overdag tussen rotsen, in spelonken en rond wrakken. Over het algemeen meet kongeraal tussen 1 en 2 meter, maar uitzonderlijk kunnen ze 2,5 meter lang worden.

Er zouden meerdere populaties van kongeraal bestaan. Elk van deze populaties heeft zijn specifieke voortplantingsgebied: zo is er één langs de Amerikaanse kust, één langs de Europese kust, één in de Middellandse Zee en één langs de Afrikaanse kust.

Kongeralen groeien snel: ze kunnen vanaf hun vijfde levensjaar meer dan 30 kg wegen. Ze worden geslachtsrijp bij een lengte tussen 85 en 95 cm. Ze planten zich slechts eenmaal in hun leven voort. Het duurt meer dan 14 jaar vooraleer de populatie kan verdubbelen in grootte.

 

Vistechnieken

Aan de Atlantische kust, met name in Normandië wordt er veel op kongeraal gevist met de beuglijn, waarvoor men makreel of zeekat als aas gebruikt. Deze visserij vindt vooral ‘s nachts plaats op rotsige bodems. De lijnen worden op de bodem vastgehouden met ankers. Ze worden na 3 tot 10 uur opgehaald. In andere zones wordt kongeraal ook bevist met bodemsleepnetten (vnl. in de Middellandse Zee).

 

Slecht gekende bestanden en trage voortplanting

Deze soort is aan geen enkele beheerregel onderworpen. De toestand van de bestanden van kongeraal zijn slecht gekend en worden ook niet aan grondig wetenschappelijk onderzoek onderworpen. De soort wordt beschouwd kwetsbaar te zijn, wegens zijn  bijzondere biologische cyclus (laag voortplantingspercentage en late geslachtsrijpheid). De Franse productie bedraagt 5 000 ton per jaar, zonder daarbij de vangsten van recreatieve vissers mee te tellen. Kongeraal is van weinig commercieel belang in België. In Belgische visveilingen wordt amper 40 ton kongeraal aangevoerd (2016) en er wordt geen extra invoer gemeld.

 

In 2016 hebben Belgische vissers 40 ton kongeraal aangeland, opgevist als bijvangst van de boomkor in het Engels Kanaal en de Keltische Zee.

 

Consumptie

In de detailhandel wordt kongeraal vers verhandeld, meestal in moten versneden. Kongeraal wordt soms gemeden door de consument, omwille van de vele graatjes in de staart. De soort heeft nochtans wit en vast vlees en verdient zeker de aandacht van de liefhebber. In België wordt kongeraal traditioneel gerookt of ingelegd als ‘zeepaling in het zuur’ of ‘zeepaling in gelei’. Tegenwoordig wordt voor dit klassieke recept meestal het vlees van hondshaai (Scyliorhinus canicula) gebruikt, in veel gevallen zonder duidelijk aan de klanten te melden om welke soort het precies gaat. Nochtans is een foutieve naamgeving van vis, schaal- en schelpdieren is niet toegelaten volgens de Belgische wet uit 1996. Om kongeraal van hondshaai te onderscheiden moet je de graten bekijken: hondshaai is een kraakbeenvis en heeft geen graten, in tegenstelling tot de kongeraal.

TE ONTHOUDEN

  • Kongeraal is een goedkope vis met vast vlees.
  • Het vergt wat behendigheid om bij de bereiding de talrijke graten in het staartgedeelte te verwijderen.
  • Consumeer kongeraal met mate, gezien de kwetsbare biologische kenmerken en de slechte kennis van de stocks.